Ruimte voor spanning en ontspanning
TU Delft | Bouwkunde  | juni 2007

MSc 3 & 4 | Architecture | Hybrid Building

Het spoor in Delft gaat ondergronds. Met dit besluit komt ongeveer 35 ha grond vrij op een unieke locatie op loopafstand van het historisch centrum. De kwaliteit van wonen, werken en recreëeren heeft een grote invloed op de gezondheid van de mens. Bij de invulling van dit gebied is gezocht naar een balans tussen rood (bebouwing) en groen.

Het stedenbouwkundig plan is een ingreep om zoveel mogelijk ruimte te maken voor recreatief groen. Door het volledige pakket van functies naar de rand te verplaatsen, ontstaat een omsloten gebied met een sterke eigen identiteit en de maat voor een aangenaam stadspark. Verdichtingen in de randbebouwing komen in de vorm van torens die het gebied vanuit de verte markeren.
De opgave richt zich op de entree tot het park. Een nieuw station met stadskantoor vormt het knooppunt tussen park en stad, tussen oud en nieuw. De nieuwe stationshal is een overgangsgebied. Het licht glooiende park loopt via een flauwe hellingbaan door in de hal die vier meter onder maaiveld ligt. Op deze laag bevinden zichook de commerciële ruimtes en de fietsenstalling. De noordkant van het station is de harde confrontatie met de stad. Een brede trap en roltrappen verzorgen hier het niveauverschil.

De constructie van de stationshalis beeldbepalend. De sterkte en duurzaamheid van hout en de zachte uitstraling door de natuurlijke kleuren ervan in het interieur zijn eigenschappen die mede bepalend zij geweest. Het golvende dak, gedragen door gekromde, samengestelde liggers en eveneens samengestelde houten kolommen, legt met zijn vorm en materiaalgebruik een directe relatie met het park. De verschillende kommingen van de liggers geven niet alleen de vorm aan het dak maar zorgen ook voor de uitgekiende lichtinval overdag en uittreding s nachts.
Een station is vaak een onrustige plek, waar stromingen van mensen het beeld bepalen. De crowd-handling is een belangrijk aspect geweest voor de plek van trappen, liften en inrichting van de hal. De afhandeling van stromen geschiedt parallel aan het spoor met altijd het zicht gericht op de stadsuitgang. De patio s met daaraan de zitgelegenheden, zijn de vaak vergeten verblijfsplekken in een station. Deze dragen samen met de lange plantenbakken in de hal en op de perrons bij aan het aangename karakter.